Naar inhoud springen

Artikel 7 van de Grondwet van de Verenigde Staten

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit artikel is een deel van de serie over de Grondwet van de Verenigde Staten
Zegel van de Verenigde Staten
Preambule en artikelen
Preambule
I · II · III · IV · V · VI · VII
Amendementen
Bill of Rights
1 · 2 · 3 · 4 · 5 · 6 · 7 · 8 · 9 · 10
Overige
11 · 12 · 13 · 14 · 15 · 16 · 17 · 18 · 19
20 · 21 · 22 · 23 · 24 · 25 · 26 · 27
Niet-geratificeerde amendementen
Congresverdeling · Adellijke titels · Corwin · Kinderarbeid · Gelijke rechten · Stemrecht in het District of Columbia
We the People
We the People

Artikel zeven van de grondwet van de Verenigde Staten beschrijft hoeveel staten de grondwet moesten ratificeren voordat deze in werking trad.

De vertaalde tekst van het zevende artikel staat hier weergeven.[1]

De ratificatie van de wettelijke vergadering van negen staten zal voldoende zijn voor de vestiging van deze grondwet tussen de staten die deze hebben geratificeerd.

New Hampshire was in 1788 de negende staat die de grondwet ratificeerde. New York, Virginia, North Carolina en Rhode Island moesten dat nog doen. Het Congres besloot dat de grondwet op 4 mei 1789 in werking zou treden. New York en Virginia ratificeerde de grondwet ook voor die tijd. North Carolina en Rhode Island deden dat nadat de Bill of Rights was ontworpen en aan de staten werd voorgelegd.

Hieronder een schema welke staten wanneer instemden met de grondwet:

  Datum Staat Stemmen Percentage dat instemt
Voor Tegen
1 7 december 1787 Delaware 30 0 100%
2 12 december 1787 Pennsylvania 46 23 67%
3 18 december 1787 New Jersey 38 0 100%
4 2 januari 1788 Georgia 26 0 100%
5 9 januari 1788 Connecticut 128 40 76%
6 6 februari 6 1788 Massachusetts 187 168 53%
7 28 april 1788 Maryland 63 11 85%
8 23 mei 1788 South Carolina 149 73 67%
9 21 juni 1788 New Hampshire 57 47 55%
10 25 juni 1788 Virginia 89 79 53%
11 26 juli 1788 New York 30 27 53%
12 21 november 1789 North Carolina 194 77 72%
13 29 mei 1790 Rhode Island 34 32 52%